“We proberen lokaal een duurzame voedselproductie op gang te brengen, zodat de inwoners uiteindelijk zelf kunnen voorzien in hun levensonderhoud,” vertelt Arnout de Visser, projectleider bij Woord en Daad. Belangrijk binnen de programma’s van Woord en Daad is dat deze zich niet richten op een aantal mensen, maar op de hele gemeenschap. Een heel mooi voorbeeld vindt hij het bijenproject in Oeganda.
Succesvol bijenproject
“De vraag die ons bezighield was: hoe bereiken we mensen die weinig kansen hebben en geen land bezitten? Inmiddels draait er een succesvol bijenproject voor kansarme vrouwen en jongeren. Door bijen te houden krijgen ze de kans om iets op te bouwen. En dat werkt! Ze ontvangen een prima inkomen en kunnen hun productie verhogen. We organiseren deze bijenhouders in een sector en koppelen die aan de afzetmarkt. Nu zijn we zelfs aan het kijken naar mogelijkheden voor export!”
Bijbelse principes
“Onze projecten richten zich op de vraag hoe we de boeren toekomstproof maken en ervoor zorgen dat ze eerlijk delen in de opbrengst,” vertelt Arnout. “Je kunt het zien als een taart: hoe zorgen we ervoor dat we de taart vergroten én dat deze eerlijk wordt verdeeld?”
Dat blijkt een grote uitdaging, maar het Fair Factory-concept biedt uitkomst. “Boeren ontvangen geen loon naar werk. Daarom proberen we lokaal waarde toe te voegen en te werken met de hele gemeenschap: boeren, toeleveranciers, bedrijven. Met hen maken we de keten korter en transparanter en krijgen de boeren een eerlijk loon.” Hierbij staat de Bijbelse manier van zakendoen voorop, wat betekent dat je je bij het zakendoen laat leiden door Bijbelse principes. “Belangrijke thema’s binnen het FairFactory-concept zijn bijvoorbeeld: aandacht hebben voor de zwakkeren in de samenleving en voorkomen dat er schade wordt aangebracht aan de natuur.”
Steeds droger
Het klimaat is een belangrijke factor om rekening mee te houden. “In Afrika zijn gebieden waar het steeds droger wordt. Regenpatronen worden onvoorspelbaarder,” geeft Arnout aan. “In bijvoorbeeld Ethiopië zijn de mensen sterk afhankelijk van de koffieplantages. Het verbouwen van koffie zal als gevolg van temperatuurstijgingen op termijn steeds moeilijker worden.” Daarom is het zaak om hier vroegtijdig op in te spelen. Een mogelijkheid is het planten van macadamiabomen. “Door de schaduw die deze bomen bieden, kunnen we koffieproductie nog zo lang mogelijk rekken,” legt Arnout uit. “En op termijn is het dan mogelijk om over te stappen op de productie van noten.”