Een bewuste consument, misschien bent u er ook één. U doet bewust boodschappen en u let op wat u in uw winkelwagentje legt. U kiest voor seizoensgroenten en -fruit en producten met een keurmerk. Een mooie ontwikkeling, maar weet u als consument van eerlijke producten welk concreet verschil het maakt voor de bijvoorbeeld de bananenboer in Costa Rica of de cashewnotenboer in Benin?
Van de boeren wordt gevraagd dat ze steeds meer oog hebben voor de omgeving. Zij worden geacht na te denken over het verbeteren van werkomstandigheden van het personeel, het dierenwelzijn, het reduceren van overlast, verlagen van gezondheidsrisico’s, mestverwerking en energieproductie en dat kost geld. Wie betaalt daarvoor?
Supermarkten zijn een schakel tussen consumenten en producenten. Daarom kunnen zij verschil maken als het gaat om verduurzaming van bijvoorbeeld groenten en fruit. Zij kunnen consumenten helpen om een duurzamere keuze te maken, maar voor eerlijke producten betaal je over het algemeen een hogere prijs. En hoe wordt die winst verdeeld?
Dit zijn maar enkele voorbeelden uit de complexe internationale keten. Een puzzel met heel veel puzzelstukjes. Vragen waar geen pasklaar antwoord op is. Het is onze wens om ondernemingen te motiveren en te ondersteunen om hun bedrijf op een verantwoorde manier te runnen. Woord en Daad werkt in kwetsbare en arme landen, waar een hoog risico op uitbuiting en mensenrechtenschendingen bestaat.
De overheid zet zich in om vrijwillige sectorale samenwerking te stimuleren middels IMVO-convenanten om te bevorderen dat nagenoeg alle (grote) bedrijven in Nederland de IMVO-regelgeving onderschrijven. Hierbij speelt ‘due diligence’ een grote rol, dat bedrijven risico’s in hun internationale ketens in kaart brengen, deze risico’s voorkomen, aanpakken of stoppen en hierover communiceren. Het gaat dan om risico’s op het gebied van schenden van mensenrechten, arbeidsuitbuiting en milieuvervuiling.
Helaas zijn er nog té weinig Nederlandse bedrijven die ondernemen in lijn met de IMVO-normen. Na evaluatie van de IMVO-convenanten, adviezen van de SER en het evalueren van lobbyadviezen, heeft Minister Kaag een voorstel bij de Tweede Kamer ingediend, dat bedrijven verplicht te ondernemen met respect voor mensenrechten en milieu. Een Nederlandse verplichting is geen overbodige luxe maar bevordert transparantie, geeft duidelijkheid en zorgt voor gelijke regels voor alle bedrijven. Anders blijven alle goede initiatieven en inspanningen een druppel op de gloeiende plaat.
De puzzel is niet compleet als er één of meerdere bedrijven niet meedoen. Vrijwillige samenwerking tussen maatschappelijke organisaties, vakbonden en het bedrijfsleven om de problemen aan te pakken is er. Het is goed dat de IMVO-convenanten er zijn, maar het is helaas niet genoeg. Er worden zeker stappen gezet, maar het gaat niet snel genoeg. Wetgeving op dit gebied is cruciaal, een belangrijk stukje van de puzzel. Als alle partijen hun verantwoordelijkheid nemen en de handen ineen slaan kan de puzzel gelegd worden. Wij zullen ons langdurig en gericht inspannen op dit thema omdat we streven naar leefbaar loon en waardig werk voor iedereen en met zorg voor het klimaat en milieu.
Op 8 december is er een debat in de Tweede Kamer over Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Joël Voordewind (CU) heeft een initiatiefwet aangekondigd en zal deze naar alle waarschijnlijkheid indienen. We zijn benieuwd.