Ik kruip achter mijn thuiswerkbureau en bekijk het nieuws over Burkina Faso. Een land waar Woord en Daad aan veel projecten bijdraagt en waar meer dan 4.000 kinderen naar school gaan door het sponsorprogramma. Helaas is het op dit moment ook een erg onrustig land. In de afgelopen jaren is Burkina Faso door terreur geteisterd. Met name in de grensregio’s zijn veel dodelijke aanslagen. Het leger en de politie van Burkina lukt het niet om dit te stoppen.
1,5 miljoen mensen op de vlucht
De bevolking is het zat dat hun land, dat ze altijd trots ‘het land van de integere mensen’ noemen, wordt aangevallen in alle grensgebieden. Hierdoor sluiten scholen, klinieken en andere basisvoorzieningen, met name in het noorden en oosten van het land. Deze gebieden zijn praktisch ontvolkt. Bijna 1,5 miljoen mensen zijn binnen Burkina Faso op de vlucht geslagen, wat zorgt voor spanningen in de regio’s waar deze mensen naartoe vluchten.
In november 2021 bereikte de onrust een nieuw dieptepunt. De jonge bevolking van Burkina Faso ging de straat op om te protesteren en het aftreden van de president te eisen. De president bleef zitten, maar hij heeft wel toegezegd meer leiderschap te tonen in het aanpakken van de crisis. Deze week formeerde hij een nieuw kabinet met een nieuwe premier.
Rijk gezegend
En daar zit ik dus, op mijn thuiswerkplek te scrollen door het nieuws van Burkina Faso. Ik laat de situatie van de 20 miljoen inwoners op me inwerken. Mijn beeldscherm wordt een harde spiegel van de realiteit. Ik kijk om me heen en besef hoe rijk gezegend wij zijn. Welke zegeningen zie jij als je dit doet? Ik moet vooral denken aan de veiligheid hier. En alle voorzieningen waar we zo makkelijk toegang toe hebben. In Burkina Faso kunnen ruim 300.000 kinderen nu niet naar school. Hoe kijken zij naar de wereld om hen heen? Gebed is nodig.
Toekomst voor de jeugd
Ik ga weer aan het werk. Met het International Network for Christian Education (INCE) dragen we met een consortium in Burkina Faso bij aan versterking van het onderwijs op de lange termijn. Een verandering van het systeem, waardoor de jeugd écht toekomst krijgt. Dat betekent niet alleen dat ze weer naar school kunnen, maar ook dat de docenten weten wat ze de jeugd mee moeten geven in deze onzekere tijden. Het gaat om technische vaardigheden om uiteindelijk zelf een bestaan op te kunnen bouwen, en niet te worden gerekruteerd door de terreurbendes. Maar ook gaat het om belangrijke normen en waarden, die nodig zijn om in een maatschappij samen te leven.
Gedeelde onderwijsplannen in een verdeeld land
Het afgelopen jaar heeft het Ministerie van Onderwijs in Burkina Faso regionale en nationale gesprekken gevoerd over de prioriteiten voor het onderwijs. Als antwoord hierop wordt nu het beleid voor de komende jaren vastgesteld. Het is mooi om te zien hoe in zo’n verdeeld land verschillende partijen toch tot gedeelde conclusies en plannen kunnen komen. De minister zelf heeft het INCE-consortium gevraagd om mee te denken in de verdere uitwerking voor de komende jaren.
Verandering biedt hoop
Er is veel verandering nodig. Voor de korte termijn, om kinderen en docenten te geven wat ze nodig hebben om weer te leren en les te kunnen geven. Maar ook voor een duurzame verandering van het onderwijs, dat aansluit bij de vraag vanuit de maatschappij en de arbeidsmarkt. Wanneer we samen met het ministerie, aan deze vragen mogen werken, dan komt er energie. En hoop. Hoop op nieuwe zichtbare tekenen van Gods komend koninkrijk, juist in een angstig en verdeeld land als Burkina Faso.
Hoopt, bidt en deelt u mee?
Over de auteur
Jonathan van Dijke is projectleider van een aantal onderwijsprojecten in West-Afrika, waaronder Burkina Faso. Daarnaast is hij betrokken als PMEL-expert in de projecten van het International Network for Christian Education (INCE). Dagelijks geeft hij leiding aan projecten met verschillende partners om samen de kwaliteit van onderwijs voor de meest kwetsbaren te verbeteren.