Dit artikel komt uit het septembernummer van Werelddelen
Al 45 jaar bestaat het sponsorprogramma van Woord en Daad. Wat kleinschalig begon met vrijwilligers, is uitgegroeid tot een volwaardig project waarmee door de jaren heen meer dan 100.000 kinderen verbonden zijn geweest aan een sponsor. Jaco Ottevanger, programmaleider Sponsoring en Onderwijs vertelt: ‘Kinderen en jongeren worden geraakt door Gods Woord en worden vanuit die bewogenheid ondersteund.’
Het sponsorprogramma van Woord en Daad bestaat al 45 Jaar. Hoe is het begonnen en waar staan we nu?
‘De meeste mensen kennen Woord en Daad van het sponsorprogramma. Het begon kleinschalig. In de beginjaren werd het programma zelfs nog door vrijwilligers gedaan. Door de jaren heen zijn er meer dan 100.000 kinderen verbonden geweest aan een sponsor. Inmiddels hebben we een mooi netwerk van partnerorganisaties waarmee we als sponsorteam vanuit Gorinchem een goede samenwerking hebben. Op dit moment worden 30.000 kinderen gesponsord door een Nederlandse sponsor. Het is prachtig om te zien dat er nog steeds sponsors zijn die al vanaf het eerste uur betrokken zijn, inmiddels dus al 40 jaar!’
Afgelopen jaar was er een forse toename van het aantal sponsorkinderen. Daar zijn we heel dankbaar voor. Hoe is dat zo gekomen?
‘Dat is inderdaad iets om heel dankbaar voor te zijn. Ik denk dat er twee oorzaken voor zijn. De eerste is dat we de afgelopen tijd hebben geïnvesteerd in online zichtbaarheid. We zien dat onze achterban ook steeds meer op online platforms aanwezig is.
De tweede en belangrijkste oorzaak is de coronacrisis. Dat klinkt wat tegenstrijdig misschien, maar we hebben gezien dat er veel mensen zijn die zich juist in de moeilijkste momenten van de crisis in Nederland hebben aangemeld om een kind te sponsoren. We zijn dankbaar voor het feit dat we het afgelopen jaar het hoogste aantal nieuwe sponsors hebben mogen verwelkomen in meer dan 10 jaar!’
Het sponsorprogramma staat niet stil. Welke ontwikkelingen zijn nu gaande?
‘Vanaf deze zomer is er de mogelijkheid om een kind te sponsoren in één van onze projecten in de Filippijnen, waar door onze partnerorganisatie kinderen worden begeleid die slachtoffer zijn geworden van seksuele uitbuiting. Dit is een intensief traject dat ook hogere kosten met zich meebrengt. Sponsors kunnen ervoor kiezen om dit project te steunen met een hogere bijdrage. Recent zijn we ook gestart mijn MijnWoordenDaad, een persoonlijke omgeving met informatie over het sponsorkind. Veel sponsors hebben inmiddels een account aangemaakt.’
Welke impact heeft het sponsorprogramma op de kinderen?
‘Er zijn talloze voorbeelden dat het werk wat in de landen gebeurt een levensveranderende invloed heeft (gehad). Toch denk ik dat ons een bescheiden rol past. Het is allereerst God Zelf Die echt Hoop biedt voor de toekomst. Het is heel mooi dat we daar, ieder op zijn/haar plek, een rol in mogen spelen, maar het is ook goed om te beseffen dat dit allemaal niet van ons afhangt. Ik heb gezien dat God werkt door het werk van onze partnerorganisaties heen. Kinderen en jongeren worden geraakt door Gods Woord en worden vanuit die bewogenheid ondersteund. Die impact is moeilijk in woorden te vangen, maar die is er wel degelijk!’
Je bent ook programmaleider van het onderwijsprogramma. Welke ontwikkelingen zijn nu gaande?
‘Wat we de afgelopen jaren steeds hebben geleerd is dat alléén het sponsoren van een kind enorm waardevol is voor dat kind en de familie, maar geen antwoord biedt op de grote en complexe problemen in de landen waar we werken. We pakken daarmee de grondoorzaken van armoede niet aan. En dat is wel wat we willen. De laatste jaren zijn we daarom ook aan het werk in projecten waarin we ons richten op systeemverandering. We willen daarmee de kwaliteit van onderwijs in een land verbeteren. Dit kunnen we niet zelf, en daarom werken we in een consortium van verschillende strategische partners samen. Een voorbeeld hiervan is Guatemala, waar we een samenwerking hebben met het Ministerie van Onderwijs, Universidad Mariano Galvez en onze eigen partnerorganisaties Guatemala Prospera en AMG Guatemala. In 2020 is begonnen met het trainen van 30.000 docenten gaan trainen, en de komende jaren komen daar steeds 30.000 docenten per jaar bij. Hierdoor kunnen tienduizenden kinderen beter onderwijs ontvangen en werken we aan de verbetering van het onderwijssysteem in Guatemala.’
Hoe zie jij de toekomst van het sponsor- en onderwijsprogramma?
‘Onze ambities zijn hoog! Zoals ik al opmerkte willen we steeds meer toe naar projecten waar grondoorzaken van armoede worden aangepakt. Dat zal ook onze focus zijn in de komende tijd. Tegelijkertijd willen we door ons sponsorprogramma ook de individuele kinderen en hun families bereiken. We willen het sponsorprogramma verder laten doorgroeien en in nieuwe landen gaan werken. Door corona is dit de laatste tijd wat lastiger geweest, maar we willen op korte termijn het sponsorprogramma verder uitbreiden in Ethiopië en ook Nepal.’
Docenttraining voor beter onderwijs in Guatemala
‘Docenten dragen een grote verantwoordelijkheid in de ontwikkeling van een kind, maar op dit moment hebben niet alle docenten de juiste opleiding en de juiste visie op onderwijs en leren. Dit tast de kwaliteit van het onderwijs aan’, vertelt Sander Verduijn, projectleider van het onderwijsprogramma in Guatemala. Sander is nauw betrokken geweest bij de ontwikkeling van de training. ‘Met de handleiding zijn dit jaar al 30.000 docenten aan de slag gegaan om hun leskwaliteit te verbeteren. En daarnaast loopt het programma ook bij onze partnerorganisatie AMG Guatemala die dit jaar 177 docenten zal trainen.’
Marisol Donis, één van de docenten van AMG Guatemala, doet mee aan het trainingsprogramma en vertelt: ‘De handleiding helpt mij in mijn professionele groei, omdat het bepaalde kenmerken beschrijft die een kwaliteitsleraar als persoon, maar ook op pedagogisch gebied moet hebben. Het leert me om om te gaan met een veranderende maatschappij en daarop in te spelen in het onderwijs. Voor mij persoonlijk is het belangrijk om deel te nemen aan de training omdat het me zal helpen een leraar te zijn die effectief en transformerend onderwijs bevordert in mijn klas en in het onderwijssysteem dat we in Guatemala hebben.’