Mevrouw Newi is buiten, samen met haar man en dochter. Zoontje Gilang (3 jaar) is binnen. Als de aarde begint te schudden stort het huis van de familie direct in. Gilang raakt bedolven onder het puin. De paniek slaat meteen toe en zodra het lijkt dat de aardbeving in kracht afneemt, begint de familie in het puin te zoeken naar hun zoontje. Het is inmiddels ruim een jaar geleden dat Sulawesi (Indonesië) getroffen werd door een zware aardbeving. Mevrouw Newi blikt terug op die angstaanjagende periode en de maanden na de ramp. De avond valt snel in die dag en er is geen elektriciteit of licht om verder te zoeken. Er heerst chaos in het dorp. Mensen huilen, de paniek is voelbaar. Die nacht slaapt de familie, net als de andere dorpelingen, op straat, onder de blote hemel.
Zoeken naar Gilang
Als de zon opkomt wordt de zoektocht naar Gilang hervat. Enkele buren helpen mee om onder het puin te zoeken naar de kleine jongen. Na een zoektocht vinden ze hem, bedolven onder puin en aarde. De peuter heeft de natuurramp niet overleeft. De aardbevingen en tsunami die in het najaar van 2018 het Indonesische eiland Sulawesi treffen eisen duizenden levens, waaronder dat van de 3-jarige Gilang.
Woord en Daad kwam, samen met het Christelijk Noodhulp Cluster, direct in actie om de slachtoffers te steunen. Niet alleen met materiale zaken, maar ook met de verwerking van de ramp. ‘Eerst huilde ik in stilte over het verlies van onze zoon,’ vertelt mevrouw Newi. ‘Nadat ik een hulpgroep bezocht voelde ik me gesterkt.’ De verhalen van andere moeders die hun huizen en familie kwijtraakten biedt steun. ‘Natuurlijk wist ik van hun verliezen, maar dat ze het zo openbaar vertelden is echt anders. Ik ben niet alleen.’
Traumaverwerking
Tijdens de bijeenkomsten leert ze het trauma te verwerken en haar verdriet te delen met haar man. ‘Als mijn man en ik over Gilang praten, moeten we nog altijd huilen, maar we hebben geleerd dat die reactie menselijk is. We moeten vertrouwen dat God ons niet verlaat. Dat leerde ik bij de traumaverwerking en in de kerk. Mijn man vertelt dat hij me weer ziet glimlachen. Volgens mij kan dat, omdat ik mijn zelfvertrouwen weer terugkrijg.’
De overheid start na de ramp een project om huizen te herbouwen. Hoewel het huis van de familie Newi volledig verwoest is, staat hun naam niet op de lijst. Ze hopen dat via het noodhulpproject het huis toch herbouwd kan worden. ‘We zijn alle donateurs dankbaar voor hun steun. Moge Jezus Christus hen zegenen, want zij hebben ons gezegend.’ Een jaar na de ramp is de acute noodhulp voorbij. Toch vertrekt Woord en Daad niet uit het gebied, want er is nog veel werk te doen. Samen met lokale partners werken we aan de weerbaarheid van de gemeenschappen en bouwen we de dorpen weer op.