Dit artikel komt uit het septembernummer van Werelddelen
‘Ik was de oudste thuis en ben een paar jaar naar de basisschool geweest’, vertelt Wubalem (zie headerfoto). ‘Maar door gebrek aan schoolmaterialen moest ik stoppen met school. Ik ging bij een mevrouw uit de buurt werken als huishoudelijke hulp, om geld te verdienen voor mijn familie. Maar zij behandelde mij niet zo goed als mij beloofd was. Ik ben toen naar een andere familie gegaan om als huishoudelijke hulp te werken. Helaas was het salaris niet genoeg om mijn familie te onderhouden, daarom besloot ik weer weg te gaan. Ik ben koffie en thee gaan verkopen op straat. Maar ook van dat salaris konden we niet leven.’
Een soortgelijk verhaal vertelt ook Konjit. Zij moest al op jonge leeftijd als kindslaaf werken. ‘Tot groep 8 heb ik bij mijn tante gewoond om huishoudelijk werk te doen en voor haar kinderen te zorgen. Daarna ben ik koffie gaan verkopen op straat.’
Kindslavernij komt veel voor in Ethiopië. Uit een onderzoek van 2015 blijkt dat 50 procent van de kinderen in Ethiopië kinderarbeid verricht. Deze kinderen worden uitgebuit door een combinatie van factoren. Een groot deel van deze kinderen verricht gevaarlijk werk. Dat heeft een negatieve invloed op hun gezondheid, onderwijs en welzijn.
Illegale migratie
Dawit, een jonge man uit Ethiopië, zocht na het afronden van de basisschool een baan in de hoofdstad Addis Abeba. Omdat het hem niet lukte om werk te vinden, maakte hij plannen om via illegale migratie via Kenia naar Zuid-Afrika te gaan. ‘Na een lange reis van twee maanden kwam ik aan in Mozambique. Ik werd gearresteerd en 15 dagen gevangen gezet. Daarna ben ik teruggestuurd naar Addis Abeba. Ik was erg gefrustreerd en depressief, omdat al mijn plannen waren mislukt. Bovendien heb ik tijdens die reis veel nare dingen meegemaakt. Ik maakte plannen om op een andere manier in Zuid-Afrika te komen.’
Sociale vaardigheden
Maar toen hoorden de jongeren, via klanten of een advertentie, van het EYE-project. Wubalem volgde de Hotelvakopleiding, Konjit startte met een opleiding tot kledingmaker en Dawit had interesse in de opleiding voor elektricien. Bij deze opleidingen leren de studenten niet alleen een vak. Een belangrijk onderdeel van de opleiding is de zogenaamde life skills training. Tijdens deze training leren de jongeren onder andere communicatieve vaardigheden, samenwerken, feedback geven en zelfvertrouwen. ‘Het trainen van communicatieve en sociale vaardigheden is onmisbaar,’ zegt Marinus Lindhoud, projectleider Werk en Opleiding bij Woord en Daad. ‘Het zijn vaardigheden die zij later in hun baan kunnen inzetten. De jongeren waarderen deze training enorm.’ Dat geeft Dawit ook aan: ‘Ik begon steeds meer in mezelf te geloven en ik ben met andere jongeren gaan praten om ze ervan te weerhouden illegaal het land te verlaten.’
Een baan!
Na het afronden van hun vakopleiding vonden Wubalem, Konjit en Dawit vrijwel direct een baan. Wubalem kreeg een baan in een restaurant: ‘Een restaurant huurde mij in en ik kreeg een salaris waarmee ik de huur van mijn huis en overige kosten kon betalen. Inmiddels ben ik hoofd in de keuken en krijg ik een goed salaris. In de toekomst wil ik mijn eigen restaurant openen en mijn jongere broer en zus helpen.’ Konjit trad in dienst bij een klein kledingbedrijf in de buurt. Ze verdiende er niet veel. ‘Toen ik mijn salaris vergeleek met het inkomen van mijn werkgever, besloot ik voor mezelf te beginnen. Ik huurde een machine en begon mijn eigen zaak. Later slaagde ik erin mijn eigen machine te kopen met behulp van een startkapitaal (zie kader). Mijn plan is om hard te werken en mijn zussen en broers te helpen.’
Ook Dawit vond een baan. ‘Ik sloot me aan bij een aannemer en doe als onderaannemer veel klussen. Ik heb zelfs zeven mensen in dienst.’ Zijn droom is om zelfstandig aannemer te worden en zijn werkplaats uit te breiden.
Baangarantie en een goed salaris
Dat Wubalem, Konjit en Dawit na het afronden van hun vakopleiding van het EYE-project direct een baan vonden, is geen uitzondering. ‘Werkgevers zien meerwaarde in de vakscholen en scholieren kunnen gelijk aan de slag na hun opleiding, want de opleidingen sluiten naadloos aan op de arbeidsmarkt,’ zegt Marinus Lindhoud, projectleider van het EYE-project. ‘Daarnaast weten werkgevers dat wanneer ze een jongere van de vakschool aannemen, ze er een goede werknemer bij hebben. En studenten weten dat wanneer ze een vakschoolopleiding doen, ze baangarantie en een goed salaris krijgen.’
Uitbouwen van het project
Het project loopt goed, maar we willen het uitbreiden om zoveel mogelijk jongeren in Ethiopië een nieuw perspectief te geven. ‘We zitten nu in een interim jaar en kijken hoe we dit project een goed vervolg kunnen geven. Samen met onze partnerorganisatie Hope Enterprises in Ethiopië hebben we marktonderzoek gedaan,’ vertelt Marinus Lindhoud. ‘Welke ketens zitten hier, en welke partijen hebben we nodig om te kunnen groeien zodat we toekomstbestendig worden? We zitten met een zestal partijen om de tafel waaronder het Ministerie van Werkgelegenheid om te kijken hoe we verder kunnen uitbouwen. Onze droom is dat zoveel mogelijk Ethiopische jongeren waardig werk krijgen met een goed salaris. Zodat ze hun eigen gezin kunnen voorzien van alle basisbehoeften, en migratie of uitbuiting niet meer aan de orde zijn.’
Leestip: Lees ook de column van collega Sander Verduijn over de zoektocht van jongeren naar waardig werk in Zuid-Amerika: woordendaad.nl/column-stoplicht/.
Dit artikel is geschreven door Jacoline de Kruijf-Paul (eindredacteur Werelddelen) en Erika Levering (communicatiemedewerker)
Employable Youth Ethiopia (EYE-project)
Elk jaar ronden zo’n 2 miljoen Ethiopische jongeren hun opleiding af. Vanwege de onrust in het land, beperkte toegang tot de arbeidsmarkt en lage lonen vindt slechts een zeer beperkt deel een baan. Daarom maken heel veel jongeren de keuze om te vertrekken. Ze verlaten hun land en jagen elders hun dromen na. Dat kan anders, want in Ethiopië zijn kansen genoeg. Met dit project richten we ons op deze jongeren. Via vakopleidingen en arbeidsbemiddeling geven we hun perspectief in Ethiopië, middels een passende baan en een eerlijk salaris. We zijn blij dat Stichting de Pagter Fonds heeft bijgedragen aan dit project.
Meer weten over dit project? Kijk op: woordendaad.nl/EYE/.
Startkapitaal
Veel jongeren in Ethiopië hebben de ambitie om een eigen bedrijf starten. Hiervoor hebben ze een lening van een bank of microfinancieringsinstituut nodig, maar die is niet zo makkelijk te verkrijgen. Vaak wordt er een onderpand gevraagd en de rente kan oplopen tot meer dan 22 procent. Om het mogelijk te maken dat jongeren toch hun ambitie waarmaken, ontvangen ze een startkapitaal van het EYE-project. Het geld dat ze verdienen wordt weer geïnvesteerd in hun bedrijf.