Het symposium vormde de afsluiting van het vijf jaar durende Benkadi-partnerschap in West-Afrika, waar Woord en Daad een van de partners is. Centraal stond de boodschap dat rentmeesterschap om samenwerking rond klimaat en duurzaamheid vraagt, juist nu de wereld meer verdeeld is dan ooit.

In een volle zaal in Den Haag citeerde Dorette Corbey, lid van de Adviesraad Internationale Vraagstukken, paus Franciscus die had opgeroepen tot “geloof in een wereldwijde ecologische bekering”. Streven naar een eerlijke, klimaatrechtvaardige verdeling van lasten en kansen is volgens haar “geen luxe, want verandering is gewoon keihard nodig”.

Ze merkte op dat het zoeken naar oplossingen plaatsvindt vanuit verschillende invalshoeken. “Europa wil een eerlijke markt, terwijl Afrika wijst op de ‘historische schuld’ van de geïndustrialiseerde landen.” Corbey hekelde de “westerse arrogantie” die niet bijdraagt aan verbinding. Zij pleitte voor rechtvaardigheid, geloofwaardigheid en gelijkwaardigheid in het debat. “Bij gelijkwaardigheid speelt geloof een belangrijke rol.”

Klimaatrechtvaardigheid

Het symposium benadrukte de noodzaak van rechtvaardigheid. De landen die het minst hebben bijgedragen aan de uitstoot, zoals veel Afrikaanse landen, dragen de zwaarste lasten. Een Nederlander stoot gemiddeld veertig keer meer uit dan een Tanzaniaan. En er liggen in Nederland bijvoorbeeld twee keer zoveel zonnepanelen als in heel Afrika. Corbey sprak daarom van een “driedubbele klimaatonrechtvaardigheid”.

Sylvestre Tiemtore, partner uit Burkina Faso, reageerde: “Afrika is meer slachtoffer dan veroorzaker. Dat is een trieste constatering. Maar we kunnen niet blijven hangen in woorden. Afrikaanse landen hebben niet de luxe om zelfstandig grote veranderingen door te voeren. We hebben elkaar nodig.”

Panelgesprek

In de paneldiscussie klonk breed de oproep tot internationale solidariteit. “We moeten ons niet alleen richten op onze eigen postzegel en ons eigen straatje schoonvegen”, stelde Pieter Grinwis (ChristenUnie-Kamerlid). Hij keerde zich tegen ‘klimaatkolonialisme’, waarbij het mondiale Zuiden blijft lijden onder noordelijke prioriteiten. “Rentmeesterschap is geen vrijblijvende hobby, maar een opdracht.” Hij bracht de watersnood van 1953 in herinnering. “Bij een bedreigde dijk daalde het zeewater plotseling omdat elders een dijk doorbrak, maar dat was maar voor even. Daar moet ik aan denken bij dit symposium. We vegen ons eigen klimaatstraatje schoon, maar vergeten dat elders de dijken doorbreken. Dat moet anders en het kán anders. We moeten samenwerking zoeken op lokaal niveau.”

CDA-Europarlementariër Ingeborg ter Laak vroeg zich hardop af: “Welke wereld laten we na aan onze kinderen? Rentmeesterschap is geen keuze, het is noodzaak. Milieuverontreiniging houdt niet op bij de grenzen.” Ook zij wees op het belang van gezamenlijke actie door het mondiale Noorden en Zuiden. “De Europese Unie moet de leiding nemen om internationale solidariteit te zoeken.”

Naast grote politieke vragen ging het gesprek ook over de praktijk. Op een bevlogen manier wees de voorzitter van de Benkadi-stuurgroep Abdoulaye Ouedraogo op de noodzaak om jongeren en vrouwen een actieve rol te geven. “Partnerschappen moeten vriendschappelijk en concreet zijn. Vermijd een top down-benadering, zorg dat plannen ook lokaal verschil maken, anders blijft het bij woorden.”

Terugblik op Benkadi

Tijdens het symposium werd teruggeblikt op de resultaten van het Benkadi-programma, waarin Woord en Daad samen met Afrikaanse partners werkt aan klimaatrechtvaardigheid en lokale oplossingen. De lessen uit dat programma onderstrepen hoe belangrijk het is dat gemeenschappen zelf eigenaar zijn van de verandering. De resultaten tonen dat lokale gemeenschappen wel degelijk veerkrachtig zijn, mits ze de juiste steun krijgen.

De sprekers waren het erover eens dat de uitdagingen groot zijn. Internationale samenwerking staat onder druk, politieke beloftes worden vaak niet nagekomen en geopolitieke spanningen bemoeilijken afspraken. Dat vergt moed. Grinwis: “We moeten als het tegenzit de klimaatfinanciering niet bij het grof vuil zetten. Bij tegenwind moet je gewoon harder fietsen.”

beeld Woord en Daad / Antonie Treuren