We spreken het gezin op een zonnige maandagmiddag. Buiten spelen de jongste kinderen op de schommel. Binnen maakt Sarah nog snel haar tekening voor Habtamu af. ‘We vinden het mooi om iets te doen in het kader van delen,’ begint Christine het gesprek. Vlak voor hun trouwen besluiten Frans en Christine Habtamu te gaan sponsoren. Frans: ‘We hadden net ons huis gekocht. Ik weet nog goed dat ik een aantal financiële overwegingen besprak met mijn vader. Hij bekeek wat cijfers en zei: ‘Je zou misschien nog meer weg kunnen geven?’. Die opmerking heb ik altijd onthouden.’
‘Is dát een school?’
Frans heeft jaren gewerkt als communicatieadviseur. Onlangs zegde hij zijn baan op om fulltime Theologie te studeren. Daarnaast werkt hij nu als pastoraal medewerker. Christine werkt twee dagen per week als wijkverpleegkundige. Na de geboorte van hun zoon Joshua startte het gezin met de sponsoring van Viviane, en na de geboorte van Micha kwam Christ erbij. ‘We kozen bewust voor twee jongens, zodat het geslacht overeenkomt met het geslacht van onze eigen kinderen,’ vertelt Frans. ‘Toen Sarah een foto van de school van Christ zag, zei ze: “Is dát een school?”. Die school was natuurlijk niet zo mooi als haar eigen school. We vinden het belangrijk om juist die verschillen thuis te bespreken en voor onze sponsorkinderen te bidden.’
‘We kozen bewust voor twee jongens, zodat het geslacht overeenkomt met het geslacht van onze eigen kinderen'
Spiegel
‘Via de brieven krijg je een inkijkje in hun leven,’ vertelt Christine. ‘Meestal lezen we de brieven met elkaar,’ gaat Frans verder. ‘Habtamu, Viviane en Christ schrijven bijvoorbeeld over de voortgang op school en wat ze leren over de Heere God. Als we over de thuissituatie van Christ lezen, dan denk ik: ‘Hoe is het mogelijk dat hij niet schijft dat hij het moeilijk heeft?’ Maar nee, hij schrijft vooral hoe dankbaar hij is dat hij naar school kan, dat zijn vader en moeder blij zijn en dat ze samen het kerstfeest hebben gevierd. Ik word weleens verdrietig als ik bedenk waar wij ons druk over kunnen maken. Zo’n brief is echt een spiegel.’
De foto’s van de kinderen stonden jarenlang in de vensterbank van de keuken. ‘Die moeten we eigenlijk weer terugzetten,’ glimlacht Frans. ‘In de drukte van het gezin merk je helaas ook dat de aandacht voor Habtamu, Viviane en Christ er snel bij in schiet.’
Klein radertje
Dat familie De Koeijer kindsponsoring waardevol vindt, is duidelijk. Christine: ‘Ik hoop dat de sponsoring een ondersteuning is voor de ouders, waardoor de kinderen een toekomst kunnen opbouwen.’ Frans vult aan: ‘Alles wat wij hier hebben is geen recht, maar een verantwoordelijkheid. Ik vind het mooi dat je via onderwijs iets kunt betekenen voor een kind. Maar het kind kan vervolgens ook voor de gemeenschap verschil maken. Wij zijn daarin natuurlijk maar een heel klein radertje.’
Bijdragen aan recht en gerechtigheid
Onderwijs en geloof gaan in het sponsorprogramma hand in hand, en dat is precies waarom het gezin voor Woord en Daad koos. Frans: ‘Het zou natuurlijk mooi zijn als de kinderen door het christelijk onderwijs de Heere Jezus leren kennen. Dat is pas écht een toekomst. Maar ook als dit niet gebeurt, hebben we invulling gegeven aan Gods opdracht om op een verantwoordelijke manier met ons geld om te gaan en bij te dragen aan recht en gerechtigheid.’
Elk kind is geliefd
Door kindsponsoring krijgt armoede een gezicht. Frans zou deze vorm van steun daarom vooral aan gezinnen aan willen raden. ‘Sponsoring is een mooie en praktische manier om je kinderen te laten zien wat christen-zijn inhoudt. Dankzij de foto’s en door het kind in het gebed mee te nemen, laten we als ouder zien wat belangrijk voor ons is. In de Bijbel lees je dat de Heere om kinderen geeft en hen zegent. Elk kind is geliefd, ongeacht waar het is geboren en in welke situatie het leeft. Door de sponsoring van Habtamu, Viviane en Christ leren we onze kinderen verantwoordelijk om te gaan met wat we in het Westen hebben.’