Op dinsdagavond 29 oktober kreeg Barneveld bijzonder bezoek: vijf mensen uit Burkina Faso kwamen die avond naar Woord en Daad winkel ‘De Kringloods’. Bijzonder vonden ze het, dat de vrijwilligers zelfs ’s avonds naar de winkel kwamen om hen te ontmoeten. En dat in deze ‘kou’!
Voor de Burkinezen is het de eerste keer dat ze een kringloopwinkel bezoeken, in hun eigen land bestaan deze winkels namelijk niet. Met een bekertje koffie en een échte Nederlandse stroopwafel in de hand zitten ze gebroederlijk tussen de vrijwilligers. In hun dagelijks leven zijn de twee vrouwen en drie mannen werkzaam binnen het project ‘Job Booster’ van Woord en Daad. De opbrengst van de Kringloods is bestemd voor dit project om jongeren in Burkina Faso aan een baan te helpen. Voor zowel de vrijwilligers als de bezoekers is het een bijzondere gewaarwording om elkaar in de winkel te ontmoeten.
Gunfactor
In een halve cirkel rondom de toonbank luisteren de vijf bezoekers en de ruim dertig winkelvrijwilligers en belangstellenden naar de opening van winkelvoorzitter Dick van de Beek. Dick legt uit hoe de winkel het dankzij de inzet van 38 vrijwilligers voor elkaar kreeg om vorig jaar 210 jongeren in Burkina Faso aan een baan te helpen. ‘Dat komt door al die mensen die ons steunen, die willen bijdragen aan onze missie om mensen in andere landen verder te helpen,’ vertelt hij. ‘De gunfactor is hier enorm hoog.’
Vorig jaar, in 2018, kreeg de winkel ruim 18.000 betalende klanten over de vloer, vertelt Dick. ‘Wow!’ laat een van de gasten uit Burkina Faso zich ontvallen. ‘En als we het vergelijken met dezelfde periode vorig jaar, hebben we dit jaar al ruim 1800 betalende klanten extra,’ gaat Dick verder. ‘Wow!’ klinkt het opnieuw. Gelach van de vrijwilligers.
Banen
Dan geeft Dick het woord aan Cees Oosterhuis, projectleider van Job Booster. ‘Dit is de eerste keer dat ik achter de toonbank van een Woord en Daad winkel sta,’ grapt Cees. Hij vraagt Bartho, een van de bezoekers, naar voren om zich te introduceren. Met z’n stroopwafel nog in de hand beduidt Bartho vanachter de toonbank ook zijn collega’s om op te staan en zich voor te stellen. Opnieuw klinkt gelach.
Bartho spreekt zijn hartelijke dank uit richting de vrijwilligers voor al hun inspanning. Aangevuld door Cees vertelt hij meer over het project, waardoor jongeren daadwerkelijk een baan krijgen. ‘Eerder investeerden we in Burkina Faso veel in vakscholen,’ legt Cees uit. ‘Toen dachten we: als die jongeren maar een vak leren, vinden ze vanzelf wel een baan. En zo’n 60 procent kon ook daadwerkelijk aan het werk. Maar dat is lang niet iedereen! Dat moest anders. Wat we nu doen, is op een heel andere manier naar het onderwijs kijken. We beginnen nu bij de bedrijven, bij de arbeidsmarkt. Wat voor mensen zijn er nodig, welke vacatures zijn er? Daar leiden we dan de jongeren voor op en koppelen hen daarna aan de bedrijven. Zo zijn ze verzekerd van een baan.’
Goudmijn
Eén van de vrijwilligers steekt haar hand op. ‘Hoe staat de overheid erin, dat jullie dit doen?’ vraagt ze. Bartho geeft antwoord, Cees vertaalt. ‘Aan het begin waren ze sceptisch,’ legt Bartho uit. ‘Ze dachten: daar hebben we weer zo’n organisatie die even een projectje start… Maar gaandeweg gingen ze zien dat Job Booster écht werkt. We hebben inmiddels zelfs een contract met de overheid, ze zijn omgedraaid als een blad aan een boom.’ Of ze een voorbeeld hebben van een afgestudeerde jongere? Christoph, een van de bezoekers, toont een foto van een jonge vrouw. ‘Ze is bij ons afgestudeerd en werkt nu in een goudmijn, waar ze aan diverse mensen leiding geeft,’ vertelt hij met trots in zijn stem. ‘Zij is een voorbeeld voor de andere leerlingen.’
Winterjas
Dan is het tijd om rond te lopen en de kringloopwinkel onder het genot van een hapje en een drankje eens goed te bekijken. Ook worden er gezellige gesprekjes gevoerd met de bezoekers. Wanneer de Burkinezen te horen krijgen dat ze voor een bepaald bedrag iets mogen uitzoeken, speuren ze enthousiast rond. Puzzels, skeelers, bestek of toch een camera? Het blijkt moeilijk om te kiezen.
Christoph gaat met een aantal vrijwilligers op zoek naar een cadeautje voor zijn tweejarige dochtertje. Op zijn telefoon toont hij een foto van zijn jonge gezinnetje, wat vertederde blikken en de nodige ‘ah’s’ en ‘oh’s’ oproept. Uiteindelijk komt hij na lang beraad met een teddybeer en een winterjasje met bontkraag bij de kassa. ‘Een winterjas, is dat niet veel te warm voor Afrika?’ vraagt de vrijwilliger achter de kassa verbaasd. ‘Nu is het er inderdaad warm, zo’n 45 graden,’ legt Christoph uit. ‘Maar de koudere periode komt eraan, dan wordt het soms maar 25 graden.’ Een winterjas is dan geen overbodige luxe.
Klik op de foto hieronder om meer beelden te zien