Vissen is mannen werk. Dat is de overheersende opvatting in veel vissersdorpen in het noorden van Sri Lanka. Een misvatting, want er zijn wel degelijk vrouwen die de zee op gaan om te vissen of op een andere manier geld verdienen in de vissector. Elisabeth Paththinathan (56 jaar) gaat al sinds haar tienerjaren de zee op, maar als ze samen met andere vrouwen een officiële vissersgroep wil starten botst ze tegen vooroordelen op.
Elisabeth, moeder van zes dochters, woont in Anthoniyarpuram. ‘Mijn moeder overleed toen ik twaalf was en ik verloor mijn vader toen ik vijftien was. Ik bleef alleen achter met de zorg voor mijn broertje en zusje,’ vertelt ze. Het is sinds die tijd dat Elisabeth ging vissen. Ze trouwde met een visser. Haar man vond het geen probleem dat Elisabeth in de visserij werkte. Samen gingen ze de zee op.
Kostwinner
Als haar man in 1992 ademhalingsproblemen krijgt, moet hij het rustiger aan doen. ‘Ik raakte meer betrokken bij het vissen. Drie jaar geleden stopte mijn man helemaal met vissen, nu ben ik de kostwinner in het gezin.’ Naast het vissen heeft Elisabeth een kleine winkel in bij hun huis.
De visserij levert het gezin een goed inkomen op. Alle zes de dochters kunnen naar school. De oudste dochters zijn intussen getrouwd. De jongste van het gezin is net begonnen met een studie aan de universiteit.
Vrouwengroep
Elisabeth gaat al jarenlang de zee op om te vissen en ook andere vrouwen in het dorp verdienen de kost in de visserij. In 2014 startten ze een samenwerking voor visservrouwen in het dorp. De groep begint met 62 leden. In 2019 start de groep een procedure om officieel geregistreerd te worden, maar dat blijkt lastig. ‘De door mannen gedomineerde sector en de coöperatie in ons dorp dachten dat vrouwen niet kunnen vissen. Het was een uitdaging en we werden vaak verwaarloosd door de officiële instantie.’
Het proces strandt. In 2021 geeft partnerorganisatie OPEnE het proces een nieuwe impuls. Ze voeren gesprekken met de gemeenschappen en geven voorlichting. Het tij keert geleidelijk en de vrouwen krijgen de mogelijkheid om hun vissersgroep officieel te registreren. De vrouwengroep heeft intussen 55 leden.
Ook nemen de vrouwen deel aan trainingen over duurzame visserij en viskweek. Twintig leden vroegen een licentie aan om zeekomkommers te kweken. Ze hopen in 2022 te kunnen beginnen met die onderneming. ‘De registratie bij het Ministerie van Visserij is belangrijk, omdat we dan bij andere overheidsinstanties en financiele dienstverleners kunnen aankloppen zonder onze waardigheid te verliezen.’