De vrouwen die lid zijn van de boerencoöperatie (ADR) zien allerlei veranderingen in hun leven sinds ze lid zijn. Ze sommen enkele verbeteringen op: meer voedselzekerheid, hun kinderen kunnen naar school en ze hebben betere toegang tot gezondheidszorg.
Ook mevrou Talatou Harouna (45) kan hier over meepraten. Ze vertelt: ‘Ik ben weduwe en moeder van vier kinderen. Vanwege de veiligheidssituatie kunnen ze nu niet naar school. Wij zijn in 2020 gevlucht vanuit Bossey Dogabe en hebben alles achtergelaten. In Gorom Gorom werden we opgevangen door een gastgezin dat op een tuinbouwterrein werkt. Het terrein is opgezet door de coöperatie (ADR), en daarom is het gastgezin lid van deze coöperatie.
Ik ben de vrouwen van de coöperatie dankbaar dat ze mij hebben aanvaard binnen de groep en dat ik nu ook lid ben. Een voorwaarde is wel dat ik de principes en regels van de groep respecteer. Een van die regels is om voor 90% uien te produceren en de rest kan ik zelf kiezen.
In het begin was het best moeilijk, maar doordat ik verschillende opleidingen heb gevolgd bij ADR ging mijn productie omhoog. Ik volgde training over planning, beheer en goede landbouwpraktijken. Ook maak ik deel uit van een soort spaarsysteem dat tussen de leden van de groep is opgezet. Door dit spaarsysteem kan ik nu mijn kinderen naar school laten gaan en kan ik op kleine schaal handel drijven.
Inmiddels kan ik zeggen dat ik een expert ben geworden in de tuinbouw. Ik kan zelfs andere vrouwen in het dorp helpen om te profiteren van mijn expertise en ervaring. Zij gebruiken namelijk nog traditionele landbouwmethoden. En dat betekent dat zij de hele dag door zwaar werk doen, zonder opleiding steun en advies en vooral met minder opbrengst.
We zijn ons gastgezin dankbaar. Maar we zijn ook blij met ADR en de technische en financiële partners, zodat we ons leven weer op kunnen bouwen op deze nieuwe plek.’