In 2016 overlijdt de vader van Awel Sead (22 jaar). Daarmee staat zijn moeder onverwacht alleen voor de zorg voor haar vier kinderen. “Nadat mijn vader stierf, werd het leven moeilijk,” blikt Awel terug. Het gezin woont in Gambella, een stad in het westen van Ethiopië. Woord en Daad werkt samen met Hope Enterprise. Deze organisatie heeft vakscholen in verschillende steden in het land. “Mijn moeder kon het schoolgeld niet betalen, maar we hadden ook niet elke dag voldoende eten.” Dat veranderde toen Awel de kans kreeg een opleiding te volgen bij Hope Enterprise.
“Ik hielp mijn moeder. Ik verdiende 800 birr per maand, maar dat was onvoldoende om in ons levensonderhoud te voorzien en de kosten te dekken.” Het gezin doet daarom regelmatig een beroep op de buren en vrienden om hen te ondersteunen. Ondanks de situatie lukt het Awel om zijn middelbare school af te ronden.
Zijn moeder stuurt Awel naar Hope Enterprise, waar hij een opleiding kan krijgen. De jongen volgt de opleiding tot metselaar op niveau 3. Dankzij de steun die hij krijg vanuit de school kan hij een nieuw uniform en studiemateriaal kopen. Tijdens de opleiding wordt hij ook aangemoedigd om een visie te ontwikkelen. Na zijn afstuderen vindt Awel een baan als voorman. Hij verdient nu 4.000 birr per maand bij een bouwbedrijf. “Dat was een kantelpunt in mijn leven,” sluit hij af. “Ik ben nu zelfstandig en in staat om mijzelf en mijn familie te onderhouden. Al het verdriet is verdwenen, maar de steun van Hope blijft altijd in mijn herinnering. God zegene Hope Enterprise en haar donoren.”