De poort staat open en biedt toegang aan het uitgestrekte terrein van de vakschool. Verspreidt over het terrein staan enkele gebouwen. Het hoofdgebouw, waar naast enkele klaslokalen ook de kantoren van het personeel te vinden zijn, ligt centraal op het terrein. De bomen tussen de gebouwen breken het zonlicht, maar bieden weinig schaduw. Het is het einde van het droge seizoen en dat betekent dat veel bomen hun blad verloren hebben. De zon staat hoog aan de hemel en het kwik in de thermometers loopt snel op richting de 40 graden.
Op deze vakschool, aan de rand van het plaatsje Ina in het noorden van Benin volgen zo’n 1.200 leerlingen een agrarische opleiding. De leerlingen kunnen op twee niveaus instromen: als ze een middelbareschooldiploma hebben stromen ze in voor de vierjarige vakopleiding. Hebben ze geen middelbareschooldiploma, dan stromen de leerlingen in voor de acht jarige opleiding. De leerlingen kunnen kiezen uit zes opleidingen: veehouderij, viskwekerij, akkerbouw, groenteteelt, forestry (fruitteelt) en verwerking van agrarische producten.
Eén van de docenten geeft een rondleiding. Enkele geiten zoeken tussen de kale bomen naar voedsel. Geen gemakkelijke opgave. De grond is droog en stoffig, maar de omvang van de dieren laat zien dat het ze toch lukt om voldoende voedsel te krijgen. Een kleine honderd meter van het hoofdgebouw vandaan liggen de kippenrennen en konijnenhokken. Zo’n twintig jongeren zijn bezig om de konijnenhokken schoon te maken. Ze zijn vierdejaars, over enkele maanden zullen ze hun diploma in ontvangst nemen.
Toekomstplannen
Wat zijn hun plannen na de studie? De meesten hebben nog niet nagedacht over hun vervolgstap. Gaan ze werken voor een baas of een eigen onderneming starten? ‘Een eigen onderneming’, daar zijn ze het unaniem over eens. Startkapitaal is voor deze jongeren wel een uitdaging, maar ook daar hebben ze wel ideeën bij. ‘Ik heb thuis een paar konijnen en kippen,’ vertelt één van de jongeren. ‘Daar kan ik er een paar van verkopen, dan heb ik wat geld om mijn eigen bedrijf op te zetten. Je moet klein beginnen.’ En ander kiest een andere aanpak: ‘ik wil eerst in loondienst en dan sparen om mijn eigen onderneming te starten.’
Verder naar achter op het terrein, schuin achter één van de gebouwen met slaapzalen, is een groep leerlingen bezig met opgekweekte mangoboompjes. Ze zijn net begonnen met de opleiding, maar staan al meteen tussen de bomen en op het land. De verhouding theorieles/praktijkles is 40/60. De leerlingen die de opleiding forestry kiezen kunnen aan de slag als fruitteler of bij een ngo die boeren ondersteunt. Omdat de opleiding heel breed is, zijn er ook leerlingen die in het noorden van het land in de katoensector een baan vinden. Katoen is één van de belangrijkste exportproducten van het land.
De velden waar de groenten geteeld worden liggen er verlaten bij. Alleen de okra-planten (foto onder) staan hoog, de andere gewassen zijn nog volop aan het groeien. Onder de brandende zon zijn geen leerlingen aan het werk, maar de natte grond rond de okraplanten bewijst dat hier eerder op de dag wel les gegeven is. ‘De jongeren leren verschillende gewassen verbouwen, maar we leren ze ook nadenken waarom ze een bepaald gewas willen telen,’ vertelt één van de docenten die meeloopt.
Aan de andere kant van het terrein, enkele honderden meters bij de leerlingen forestry vandaan, staat een klein gebouwtje. Buiten schijnt de zon fel, daardoor lijkt het binnen donker. Een tiental studenten is hier onder leiding van een docente bezig met een praktijkles. Ze persen cashewappels tot cashewappelsap. Deze leerlingen kozen de richting verwerking, waarbij ze allerlei producten leren verwerken. Cashewappelsap is één van de producten, maar ze leren bijvoorbeeld ook yoghurt en kaas maken.
Hoewel de jongeren allemaal dromen van een eigen onderneming, zijn de opleidingen vooral gericht op de technische kant van het werk. De jongeren weten hoe ze een ziek dier kunnen genezen, hoe ze de dieren moeten verzorgen, hoe ze mangobomen moeten planten of cashewappels moeten persen, maar een businessplan schrijven? De administratie van een onderneming? Die module komt in de laatste weken van de opleiding aanbod. Binnen het programma Agri Job Booster staan dergelijke trainingen juist centraal, want zonder goede voorbereiding is de kans dat een startup failliet gaat groot.
Werk en Opleiding in Benin
Lycée Agricole Ina is één van de landbouwscholen waarmee we samenwerken binnen het project Agri Job Booster Benin. Samen met de vakopleidingen en andere lokale organisaties ondersteunen we jongeren om aan de slag te gaan in de agrisector.