Henk van Eckeveld reisde als docent in 2014 en 2018 met een groep leerlingen naar de Filipijnen en Guatemala. Eenmaal thuis wilde hij iets doen voor de mensen die hij daar ontmoette. Nu verzorgt hij als vrijwilliger appelwoorden op zangavonden in het land.
Henk omschrijft de reizen als ‘een geweldige ervaring’: ‘Voordat we op reis gingen werd gezegd: “Jullie komen anders terug!”, maar dat is ook echt zo. Het is subtiel, maar heel wezenlijk: het veranderde me echt. Ik werd enorm geraakt daar. Wij denken vaak dat wij degenen zijn die de mensen dáár iets kunnen leren, maar voor mij werkte het andersom. De levenswijsheid en levensvreugde van de mensen hebben veel met me gedaan.’
‘Op de Filipijnen logeerden we op de schoolcampus, waardoor we in korte tijd veel verschillende jongeren hebben kunnen spreken. Enerzijds viel me op dat deze jongeren tevreden zijn met de situatie, tegelijk hebben zij de spirit om eruit te komen en een betere toekomst op te bouwen. Ze weten: Er komt maar één kans, die pak ik met beide handen aan. Dat staat echt in contrast met hoe vaak we in Nederland mopperen over kleine dingen.’
De ervaringen tijdens zijn reis maakten dat Henk iets wilde doen voor de mensen die hij ontmoet heeft. ‘Ik ben in eerste instantie begonnen als vrijwillig sponsorambassadeur,’ vertelt hij. ‘Maar omdat ik overdag nog gewoon werk, ben ik bijvoorbeeld meestal niet beschikbaar voor beurzen. In 2014 ben ik daarom begonnen met het verzorgen van appelwoorden. Dat is altijd ’s avonds en in het weekend.’
Relativeren
Vorig jaar reisde Henk voor de tweede keer met een groep leerlingen, dit keer naar Guatemala. Henk: ‘Ook het verhaal van de mensen die ik in Guatemala ontmoette is uniek en we kunnen er heel veel van leren. Ondanks de omstandigheden, die echt niet altijd makkelijk zijn, gaan deze mensen met goede moed de toekomst in. Dat doen ze in vertrouwen op God. Het viel me op dat jongeren ook met veel gemak hun geloof in God belijden. Voor Nederlandse jongeren ligt dat vaak anders.’
Verandert zo’n reis de Nederlandse jongeren die meegereisd zijn? Henk: ‘Een poosje geleden sprak ik een jongen die destijds mee is geweest naar de Filipijnen. Dat bevestigde weer mijn beeld dat sommige jongeren de welvaart meer relativeren, ook na langere tijd.’
Appelwoorden
Over het verzorgen van appelwoorden vertelt Henk: ‘Ik zit in het onderwijs, dus spreken in het openbaar gaat me natuurlijk best makkelijk af. Ik zeg ook altijd: ik sta hier vrijmoedig, want ik sta hier niet voor mezelf. Vaak vertel ik tijdens appelwoorden over één van de mensen die ik tijdens mijn reizen ontmoet heb. Ik wil deze mensen een gezicht geven.’
Henk is vaak verwonderd als hij hoort wat collecten hebben opgebracht. ‘Daar hoeft de kerk helemaal niet vol voor te zitten, hoor.’ Geregeld blijft hij na afloop even koffie drinken, om de sfeer te ervaren en het organiserend comité te ontmoeten. Dan krijgt hij ook wel eens van mensen terug dat het appelwoord ze geraakt heeft. ‘Ik probeer sowieso altijd de diepste drijfveer van ons werk mee te nemen. Hoe mensen vertrouwen op God, ondanks dat hun leven vaak niet makkelijk is. In Nederland zeggen mensen dan wel eens tegen me: “God is zo ver weg bij ons. Ontroerend om te horen hoe dicht mensen daar bij God leven”.’
Ontspanning
‘Ik kan echt genieten van mensen die gedreven zijn,’ vertelt Henk. ‘Dezelfde gedrevenheid die ik zag tijdens mijn reizen, zie ik ook in Nederland. Het werk dat we met elkaar doen, helpt mensen in armoede écht vooruit.’
Heeft Henk een tip voor andere vrijwilligers? ‘Geloof in je eigen kracht! Iedere vrijwilligersgroep en iedere regio heeft een eigen manier en aanpak. Juist die authenticiteit is belangrijk. Blijf jezelf en doe van daaruit nieuwe ideeën op. Wat bij een ander werkt, hoeft bij jou niet te werken.’
Henk vindt het belangrijk dat het werk ook weer losgelaten kan worden. ‘Goed is goed. We zetten ons met elkaar in voor het Koninkrijk, ieder op z’n eigen plek en met z’n eigen aandeel. Wij doen ons best, maar het is God die de wasdom geeft. Die wetenschap geeft ook een stukje ontspanning.’