Op het veld even buiten een klein dorp in het binnenland van Sierra Leone is een jonge vrouw aan het werk. Ze bukt, trekt onkruid weg en bekijkt de planten. Als ze zich opricht om verder te lopen, valt op dat ze op krukken loopt. Haar naam is Marie Kamara. Dagelijks werkt ze op de akker om haar vier kinderen te voeden. Het is een zwaar leven, maar ze geeft niet op.
Uitgelachen op school
Als kind kreeg Marie polio. Door de ziekte kan ze niet goed meer lopen en is ze aangewezen op krukken. “Ik ging wel naar school als kind, maar mijn klasgenootjes lachten me uit,” vertelt ze. Haar schooltijd wordt een lastige periode. Uiteindelijk besluit ze niet meer naar school te gaan. Marie groeit op en de krukken worden een onderdeel van haar leven. “Het is niet makkelijk. Ik heb vaak pijn in mijn borst door de krukken.”
Uitgeput naar huis
Marie verbouwt rijst, cassave, aardappelen en groente. Na een lange dag werken op het veld keert Marie terug naar het dorp. Ze is moe. Thuis wachten haar twee zoontjes en twee dochtertjes op hun moeder. “Als ik thuiskom moet ik eten koken voor mijn kinderen. Soms ben ik zo uitgeput van het werken dat we zonder eten naar bed gaan.” Niemand van de dorpsgenoten van Marie heeft veel te besteden. Toch staat de gemeenschap om haar heen. “Ik vraag mensen uit het dorp om de oogst naar het dorp te brengen. Soms halen mijn dorpsgenoten geld op, zodat ik het schoolgeld voor de kinderen kan betalen.”
‘Hunger period’
Marie is één van de rijstboeren die Woord en Daad via een lokale partnerorganisatie ondersteunt. Met de oogst van het land kunnen de boeren een deel van het jaar hun gezin voeden. De oogsten zijn echter niet groot genoeg om het hele jaar te overbruggen. Tussen maart en juli breken vijf cruciale maanden aan; een periode die bekend staat als ‘hunger period’ (hongerperiode). In deze maanden komen tussenhandelaren naar de dorpen die een voorschot willen betalen op de komende oogst. De prijs die ze bieden is erg laag, waardoor de rijstboeren ook het volgende jaar afhankelijk zijn van de handelaren.
Woord en Daad traint rijstboeren zodat ze hun oogst kunnen vergroten. Daardoor hebben ze voldoende voedsel en kunnen ze geld verdienen. Een deel van de oogst leveren de boeren aan een rijstmolen die een eerlijke prijs betaalt aan de boeren. Ook Marie kreeg een training zodat ze meer rijst oogstte. “Dankzij de training heb ik geen honger meer. Ik verkoop niet alle rijst aan de rijstmolen, een deel houd ik voor mezelf en mijn kinderen,” vertelt Marie.