Na schooltijd even met vrienden op straat spelen lijkt zo gewoon, maar is voor kinderen in Guatemala allesbehalve vanzelfsprekend. Geweld en onveilige situaties zijn in dit Latijns-Amerikaanse land aan de orde van de dag. Voor Yancarlos (12) was en is dit de harde realiteit. Op de school van AMG voelt hij zich echter wél veilig.
Eerst wat verlegen, maar gaandeweg zelfverzekerder doet de tiener zijn verhaal. ‘Mijn moeder werkt buitenshuis en mijn zus studeert, waardoor ik regelmatig alleen thuis was,’ zo beschrijft hij zijn eerdere situatie. ‘Ik at nauwelijks en we hadden weinig te besteden. Ik voelde me heel verdrietig en bezorgd.’ Dat veranderde toen hij via onze partnerorganisatie AMG de mogelijkheid kreeg om onderwijs te volgen.
Liefdevol gezin
‘Ik kan op school lunchen met mijn vrienden,’ vult Yancarlos aan. Moeilijke situaties maakt de jongen echter nog steeds van heel dichtbij mee. ‘Ik moet buiten altijd op mijn hoede zijn en proberen om weg te blijven van al het geweld dat in onze buurt voorkomt,’ vertelt hij met een bedrukt gezicht. ‘Waarom moeten goede mensen sterven?’ Zijn ogen beginnen weer te sprankelen als hij verder vertelt. Want gelukkig vindt hij thuis bij zijn vader, moeder en zus Jennifer, en ook op school warmte en geborgenheid.
Waarden
De twaalfjarige jongen heeft het goed naar zijn zin in de klas. ‘Ik voel me beschermd, de leraren hebben me over God geleerd en dat Hij goede plannen heeft voor iedereen. Ze leren ons waarden die we elke dag moeten oefenen, zodat we betere omgangsvormen hebben. En nu ik beter eet, heb ik een betere gezondheid, ben ik zwaarder geworden en verbetert mijn schoolwerk omdat ik me dingen beter kan herinneren.’ Het maakt hem dankbaar als hij denkt aan al de mensen die het project steunen, en hij wil hen aanmoedigen om hun steun te blijven voortzetten. ‘Want,’ zo stelt hij, ’vaak is het niet de schuld van de ouders dat ze geen baan hebben en het onderwijs van hun kinderen niet kunnen betalen.’
Rolstoel
Yancarlos wil zelf ook zijn steentje bijdragen. ‘Ik wil graag chefkok worden, een eigen restaurant openen en op die manier iets kunnen betekenen voor mensen die het moeilijk hebben,’ vertelt hij enthousiast. Dat laatste brengt hij ook nu al in de praktijk. ‘Schoonmaken en opruimen doe ik voor ik naar school ga en als ik thuis kom. Tijdens vakanties help ik mijn vader met zijn werk.’ Yancarlos zucht en vertelt dan openhartig: ‘Mijn vader heeft niet meer allebei zijn benen en ik vind het erg moeilijk om hem in een rolstoel te zien.’ Stellig besluit hij: ‘Dat maakt dat ik mezelf elke dag wil verbeteren om hem en ons gezin te helpen!’
‘t Zal je kind maar zijn! Via projecten van Woord en Daad ontvangen zo’n 32.000 kinderen goed onderwijs. We willen in 2020 nog eens 2.020 kinderen deze kans geven! Geeft u een gift voor goed, christelijk onderwijs?