Dit is een artikel uit Werelddelen (december 2020).
‘Ik leerde om meer waarde te hechten aan de mensen om me heen, mijn werk, mijn gezondheid en het leven dat God me elke dag geeft.’
2020 is een jaar dat we niet snel zullen vergeten. Juist in tijden van zorgen en moeilijkheden is het van belang om de verbinding met elkaar en met God te blijven zoeken. Daar geeft iedereen op zijn of haar eigen manier invulling aan. Mooie initiatieven zijn ontstaan en er wordt op allerlei manieren omgezien naar elkaar. We vroegen vier mensen, waarvan twee in onze projectlanden en twee in Nederland, hoe zij de kracht van verbinding het afgelopen jaar hebben ervaren.
Abdoulaye Chabi (36) uit Benin: ‘Ik wil er sterker uitkomen.’
Abdoulaye Chabi is getrouwd, heeft vier kinderen en woont in Guessou-Bani, een dorpje in de gemeente Sinendé, in het noorden van Benin. Hij is binnen het Familles Fortes project opgeleid tot kweker. ‘In het droge seizoen start ik met de productie van diverse soorten planten, zodat deze aan het begin van het regenseizoen verkocht en geplant kunnen worden. Daarnaast werk ik op het land en verbouw soja en mais om in onze levensbehoeften te kunnen voorzien.’
‘Het jaar 2020 was een bijzonder moeilijk jaar voor onze familie’, vertelt Abdoulaye. ‘Vanwege COVID-19 bleven handelaren uit buurtlanden als Nigeria weg en daalde de prijs voor onze gewassen. Er waren geen afnemers voor de 1.700 planten die ik had gekweekt.
Het Familles Fortes project steunt mij op veel manieren. Ze trainen me om meer en beter te produceren, maar ze kijken ook mee om een goede afzetmarkt te vinden waar ik mijn producten tegen een redelijke prijs kan verkopen. Ik krijg ook begeleiding bij het opstellen van de boekhouding. Daarnaast bevorderen ze de kwaliteit van het onderwijs op de school waar mijn kinderen zijn ingeschreven.’
‘De belangrijkste les die ik in de loop van dit jaar heb geleerd is dat niets zeker of definitief is. Wat ik vandaag zeker weet, kan morgen anders zijn. Ik moet leren om ondernemend en veerkrachtig te zijn. Ik wil me aan elke situatie kunnen aanpassen en er sterker uitkomen. Tot slot hoop ik dat de waarden van solidariteit, verantwoordelijkheid, autonomie en creativiteit binnen onze gemeenschappen versterkt worden’
Tonnie Pellikaan (66) en haar man Arie-Dirk runnen al 24 jaar Camping De Wolfskuylen in Gees (Drenthe). Toen kwam corona. ‘Het werk ging door, maar alle groepen annuleerden. We wisten niet hoe dit allemaal zou aflopen.’
Tijdens de lockdown luisterden ze veel naar meditaties en overdenkingen op Youtube. Daarnaast konden ze in alle rust hun werkzaamheden uitvoeren. ‘Het was een heerlijke tijd eigenlijk.Toch waren we heel blij toen de eerste gasten weer aankwamen.’ Het zomerseizoen baarde hen ook grote zorgen. ‘Die legden we in het gebed bij God.’
Afgelopen zomer ging een evangelist op hun camping vier zondagen voor tijdens een buitendienst. ‘Kerkmuren waren er die avonden niet, klein en groot was aanwezig en ieder luisterde op een eigen stoel of kleed naar een soort hagenpreek. Bijzonder mooi!’
Daarnaast werd er spontaan een opbodverkoping gedaan, wat ruim 2800 euro opbracht. De helft was voor het evangelisatieproject in Emmen en de andere helft voor Woord en Daad (comité Hoogeveen). ‘Veertig jaar geleden waren wij in Noordeloos al betrokken bij Woord en Daad,’ vervolgt mevrouw Pellikaan, ‘en we waren blij verrast dat ook hier vanuit de kerken een gezamenlijk comité was.’
‘Door de coronatijd beseffen we nog meer hoe vergankelijk alles is,’ besluit ze. ‘We bidden altijd al voor de zending en voor goede doelen zoals Woord en Daad, waar eigenlijk al het geld goed terecht komt. We weten ook hoe enorm de nood in de wereld is. Daarom roep ik de lezer op: steun Woord en Daad met gebed en middelen en bid voor alle vrijwilligers die in Zijn Koninkrijk werken.’
‘De zakenwereld is qua directe contacten ‘armoedig’ geworden’, vertelt Arie Balkenende. Arie (56), getrouwd, vader van 5 kinderen en opa van 2 kleinkinderen, is inmiddels al 36 jaar werkzaam bij Van Wezel Accountants te Rijnsburg. Als mede-eigenaar heeft hij met twee collega-bestuurders de leiding.
‘De eerste twee maanden van 2020 sijpelden berichten door over een rondwarend virus. Naarmate de berichten omtrent COVID-19 grimmiger werden, hebben wij voorgesorteerd op thuis werken’, vertelt Arie. ‘In de werkomgeving en netwerkomgeving is er afgeschaald tot ongeveer nul. Dat maakt dat de zakenwereld qua directe contacten “armoedig” is geworden. Ik blijf contacten via videoverbindingen een verarming vinden.’
‘De verbinding met wie dan ook, of het nu gaat om collega’s, gemeenteleden of dorpsgenoten, is op een veel lager pitje komen te staan. We hadden de verwachting dat de opschaling naar een ‘normaler’ niveau sneller zou plaatsvinden. Maar niets is minder waar. Terwijl ik dit schrijf medio oktober, zien we om ons heen dat de gevolgen nog steeds zichtbaar zijn. En waar eindigt dat?’ Arie benadrukt dat het, zeker in deze tijd, heel belangrijk is om oog te hebben voor anderen. En dan in de eerste plaats voor de kwetsbaren in de samenleving.
‘Het liefst gaan we allemaal (mezelf incluis) weer over tot de orde van de dag’, zegt Arie. ‘De vraag die ik mezelf stel is: ‘wat leren we hier nu van?’ Om eerlijk te zijn, en dan begin ik bij mezelf, is het gevaar dat we er helemaal niet zoveel van leren. Dat is best schokkend. De les voor mij is dat alles heel erg betrekkelijk is. Tegelijkertijd ben ik bang dat, zodra er weer een verbetering zichtbaar wordt, het corona-leed wordt afgedaan als een lastige oprisping. Het liefst gaan we dan vooral weer verder met waar voor de coronatijd ook veel aandacht aan besteedden. Business as usual, zo lijkt het.’
‘Bewaar niet voor morgen wat je vandaag kunt doen’
Beberlin Yadira Sandoval Ochoa is docent in Guatemala. Ook in dit Latijns-Amerikaanse land is de impact van corona groot. Docenten doen hun best om ondanks alle beperkingen toch in verbinding te blijven met hun leerlingen.
‘Het gedwongen thuisblijven van leerlingen stelde ons dit jaar voor grote uitdagingen, zoals desinteresse, kennisverlies en meer schooluitval,’ vertelt Beberlin. ‘Daarnaast viel het contact met een deel van de kinderen en ouders weg.’
De docenten bezochten deze leerlingen daarom thuis. ‘De kinderen maakten zich grote zorgen over hun gezondheid en die van hun gezin. Veel ouders van leerlingen verloren hun baan, met alle gevolgen van dien. We bemoedigden hen en baden tot God voor elk gezin en voor elke leerling. Ook bezochten we de kinderen en zorgden we voor voedselpakketten.’
‘Het was een jaar vol moeilijkheden, maar ook een jaar waarin we de genade van onze God zien,’ blikt Beberlin terug. ‘Het gezegde ‘Bewaar niet voor morgen wat je vandaag kunt doen’ breng ik nu meer dan ooit in de praktijk. Daarnaast leerden we om meer waarde te hechten aan de mensen om ons heen, ons werk, onze gezondheid en het leven dat God ons elke dag geeft.’
Door Jacoline de Kruijf, eindredacteur en Henriët Roseboom, communicatiemedewerker
Bouwt u mee?
Samen met de inwoners van Sinendé (Noord-Benin) bouwen we aan een vitale en levendige gemeenschap, waar kinderen goed onderwijs krijgen en ouders voldoende verdienen om hun gezin te onderhouden. Een gemeenschap van sterke gezinnen.